Het leek allemaal zo mooi, toen ze dertien jaar geleden hun intrek namen in hun woonhuis in Eenum. Een zorgvuldige verbouwing droeg nog eens bij aan het woonplezier. Met de forse aardbeving bij Huizinge in 2012 en de daaropvolgende keren dat de grond (en het huis) zouden bewegen, werd dat geluk allengs minder. Hoewel het in die eerste jaren best voorspoedig verliep, zo geeft Verbeek aan: “De eerste schades kwamen, maar in overleg met de NAM werden die vlot en goed gerepareerd, dat liep als een trein.”
Ingewikkelder werd het echter toen het versterkingstraject in gang werd gezet. Vanaf het begin hadden Verbeek en Bakker de ambitie om dit proces in eigen hand te houden en zelf de beslissingen te nemen. Verbeek: “We wisten dat het huis niet meer veilig was en dat er iets aan moest gebeuren. Maar hoe? We hebben ons toen aangemeld bij het pilotproject Eigen Initiatief, waarbij de regie deels bij de eigenaar ligt.”
Traject vertraagd
Het eerste constructeursadvies dat op de mat plofte was een domper. Bakker: “Het huis dat we zelf net hadden verbouwd, zou aan de binnenkant compleet gesloopt worden. Vloeren eruit, wanden eruit. Daar konden we niet mee leven; op deze manier zouden we ons huis echt kwijtraken. Een pand dat we juist zo mooi hadden verbouwd. We hebben toen het traject heel bewust op ‘stop’ gezet, alles stilgelegd. Hier moesten we echt over nadenken.” Toevallig woonde Verbeek een lezing bij door Eefje van Duin van het Erfgoedloket en hoorde toen over de voordelen van een monumentenstatus.“ Wij waren daarvan niet op de hoogte. Je hoort weleens van die verhalen – zeker bij rijksmonumenten – dat er dan nog geen spijker meer in de muur mag worden geslagen, maar in ons geval heeft het alleen maar meerwaarde gehad.” Bakker en Verbeek deden een statusaanvraag voor een gemeentelijk monument bij de gemeente Loppersum. Een jaar later werd de status van het woonhuis omgezet van karakteristiek pand naar gemeentelijk monument.